donsstormvogel
- (IPA in voorbereiding)
- dons·storm·vo·gel
- samenstelling van dons en stormvogel zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | donsstormvogel | donsstormvogels |
verkleinwoord | donsstormvogeltje | donsstormvogeltjes |
de donsstormvogel m
- (buissnaveligen) Pterodroma mollis een vogel uit de familie van de stormvogels en pijlstormvogels (Procellariidae)
- stormvogels en pijlstormvogels, buissnaveligen, vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren
- Het woord 'donsstormvogel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.