• dol·le·mans·rit
enkelvoud meervoud
naamwoord dollemansrit dollemansritten
verkleinwoord

de dollemansritm

  1. een hele wilde, gevaarlijke, roekeloze snelle rit
    • De aanleiding voor de dollemansrit van de 63-jarige man uit België wordt dus mogelijk nooit duidelijk. ,,Hoe de man erbij is gekomen te gaan spookrijden is niet duidelijk geworden”, meldt een politiewoordvoerder na onderzoek. ,,Er wordt een dossier samengesteld. Uiteraard komt er geen strafzaak meer.” [1] 
    • De hele etappe is sowieso - opnieuw - een dollemansrit. Het tempo is hoog, net als een dag eerder. Er is een kopgroep met enkele hardrijders (onder wie Luis Leon Sánchez en Alessandro De Marchi), maar die worden teruggepakt in de finale. Ook daarin regent het aanvallen. De beslissende is die op anderhalve kilometer, van rozetruidrager Simon Yates. [2] 
  2. (figuurlijk) iets dat heel wilde veranderingen ondergaat
    • Het lijkt wel een dollemansrit: in 2010 was de munt slechts een paar centen waard, inmiddels is een bitcoin 10.000 dollar waard. De handel in zogeheten cryptovaluta – in feite een stukje versleutelde computercode waar waarde aan wordt toegekend, zonder tussenkomst van banken of overheden – is de afgelopen jaren explosief toegenomen. Waar gaat dit heen? We vragen het vijf experts. [3]