• IPA: /dɨˈmɪ̯ɛk/
  • di·miek
  • Ontstaan uit het Latijnse dies Mercurii (woensdag, de dag van Mercurius).
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  dimiek     li dimiek     dimieks     les dimieks  

dimiek m

  1. woensdag


Dagen in het Waals
londi, dilon
maandag
mårdi, dimår
dinsdag
mierkidi, dimiek
woensdag
djudi, diyou
donderdag
vénrdi, divénr
vrijdag
semdi
zaterdag
dimegne
zondag