dikketruiendag
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- dik·ke·trui·en·dag
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dikketruiendag | dikketruiendagen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de dikketruiendag m
- dag in de winter waarop mensen worden gestimuleerd een dikke trui aan te trekken zodat de verwarming lager gezet kan worden
- ▸ Een extra trui is geen overbodige luxe op de zeventiende Dikketruiendag. De vriestemperaturen laten zich voelen en scholen moeten volgens de coronamaatregelen een raam openhouden.[1]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord dikketruiendag staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Extra laagjes kledij geen overbodige luxe op zeventiende Dikketruiendag” (09/02/2021), De Standaard