dierenbeschermer
- die·ren·be·scher·mer
- samenstelling van dier zn en beschermer zn met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dierenbeschermer | dierenbeschermers |
verkleinwoord | dierenbeschermertje | dierenbeschermertjes |
de dierenbeschermer m
- iemand die probeert dieren te beschermen tegen onheil; behoeder van dieren
- ▸ De nieuwe raad staat onder leiding van oud-staatssecretaris Bleker. Lenie 't Hart heeft weinig vertrouwen in hem omdat hij geen dierenbeschermer is.[1]
- ▸ Deze week sloegen stropers hun slag in wildpark Hwange. 22 olifanten kwamen om doordat ze van vergiftigd drinkwater dronken. "De stropers realiseren zich niet hoe verwoestend het is als je het water vergiftigt en wat de omvang ervan is", reageert een dierenbeschermer van het park.[2]
- Het woord dierenbeschermer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron “'t Hart: slechtere zorg crèche” (20-02-2014), NOS
- ↑ Weblink bron “Stropers Zimbabwe veranderen wildpark in jachtveld” (30-10-2015), NOS