diepzeehengelvissen

Nederlands

 
Melanocetus johnsonii  
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • diep·zee·hen·gel·vis·sen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord diepzeehengelvissen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de diepzeehengelvissenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord diepzeehengelvis
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (straalvinnigen) een superfamilie Ceratioidea   uit de orde van de zeeduivels (Lophiiformes  ). Deze vissen leven in de diepzee op een diepte tussen 300 en 4000 meter. De diepzeehengelvissen zijn gekenmerkt door een hengelachtig lichtgevend orgaan op hun kop en door hun sterk seksueel dimorfisme
Synoniemen
Hyperoniemen


Gangbaarheid

Meer informatie