• de·mar·che
enkelvoud meervoud
naamwoord demarche demarches
verkleinwoord

de demarchev / m

  1. initiatief om verantwoordelijke organisaties een gewenste actie te laten ondernemen, stappen ondernemen
    • En toch blijft het komende proces onnodig en ongewenst. Politieke stellingname moet een politiek antwoord krijgen, niet een juridisch. Dat is ook ruimschoots gebeurd na de onsmakelijke demarche van Wilders.[3] 
  2. diplomatiek offensief
    • Maar in tweede instantie bekroop me toch een zekere twijfel. Het Rusland van Vladimir Poetin excelleert in rauwe machtspolitiek. Zijn wij in Nederland daar wel tegen bestand? Was het niet beter geweest als de vijf in het Joint Investigation Team (JIT) samenwerkende landen tezamen waren overgegaan tot een diplomatieke demarche?[4] 
58 % van de Nederlanders;
75 % van de Vlamingen.[5]
  1. demarche op website: Etymologiebank.nl
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  3. Volkskrant Philippe Remarque 10 oktober 2014
  4. Volkskrant Paul Brill 9 oktober 2016
  5.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be