• de·con·struc·tie
enkelvoud meervoud
naamwoord deconstructie deconstructies
verkleinwoord

de deconstructiev

  1. het helemaal uitelkaar halen van iets (zodat je helemaal kunt zien hoe iets werkt)
     Aan de deconstructie van het minstens even iconische M 16-geweer in het werk Vietnamization (You Can Tell It’s Mattel) zit een interessant verhaal vast waardoor het meer is dan stereotiepe anti-oorlogskunst.[2]
     Volgens Lebowski-uitgever Oscar van Gelderen blijft er geen steen onopgetild. ,,Het wordt een totale deconstructie van de entertainmentwereld", zegt hij tegen deze site. ,,Het boek zal mythes en geheimen achter de schermen doorprikken. En bijzondere gebeurtenissen komen ook aan bod: gevoelig én ongevoelig."[3]
  2. (filosofie) een leeswijze waarmee gepoogd wordt vooronderstellingen te ontdekken in teksten
  1. deconstructie op website: Etymologiebank.nl
  2. Johan Harstad (vert. Edith Koenders en Paula Stevens)
    “Max, Mischa & het Tet-offensief” (2017), Podium  , ISBN 9789057598500
  3.   Weblink bron
    Maxime Segers
    “Gordon krijgt biografie” (18-04-2017), Tubantia