Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • de·brie·fing
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord debriefing debriefings
verkleinwoord debriefinkje debriefinkjes

Zelfstandig naamwoord

de debriefingv / m

  1. (militair) nabespreking, evaluatie van een uitgevoerde opdracht
  2. bijeenkomst na een bepaalde actie waarbij iemand geïnstrueerd wordt welke informatie niet openbaar gemaakt mag worden
Hyperoniemen

Meer informatie

Gangbaarheid