consulaat-generaal
- con·su·laat-·ge·ne·raal
- (samenkoppeling) van consulaat en generaal
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | consulaat-generaal | consulaten-generaal |
verkleinwoord | - | - |
het consulaat-generaal o
- (diplomatie) groot consulaat met een consul-generaal aan het hoofd
- Het woord consulaat-generaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.