Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • con·nexi·teit
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord connexiteit connexiteiten
verkleinwoord connexiteitje connexiteitjes

Zelfstandig naamwoord

de connexiteitv [1]

  1. samenhang, onderlinge relatie, verwantschap
    • (juridisch) connexiteit in de juridische context betekent dat er een feitelijk verband is tussen twee rechtsfeiten of verbintenissen 
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid

Verwijzingen