communicatievaardig
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- com·mu·ni·ca·tie·vaar·dig
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van communicatie zn en vaardig bn
Bijvoeglijk naamwoord
communicatievaardig
- (communicatie) effectief kunnen overbrengen van informatie
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord communicatievaardig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.