celloconcert

1. muziekstuk waarin de cello de hoofdrol speelt, begeleid door een orkest

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  celloconcert    (hulp, bestand)
• IPA: /ˈtʃɛlokɔnˌsɛrt/, /ˈsɛlokɔnˌsɛrt/

Woordafbreking

• cel·lo·con·cert

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  cello zn  en  concert zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	celloconcert	celloconcerten
verkleinwoord	celloconcertje	celloconcertjes

Zelfstandig naamwoord

het celloconcert o

1. (muziek) muziekstuk waarin de cello de hoofdrol speelt, begeleid door een orkest

   • De componist van een celloconcert moet erop letten dat de vrij lage tonen van de cello niet worden overstemd door het orkest. 

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Gangbaarheid

• Het woord celloconcert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.