Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • cam·pag·ne·bu·reau
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord campagnebureau campagnebureaus
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het campagnebureauo

  1. (media) (economie) bedrijf dat marketingacties gericht op het promoten van een product, dienst of (politieke) partijen organiseert
     Erik van Bruggen, directeur van campagnebureau BKB legt uit dat de debatten laat in het verkiezingsjaar staan gepland en dat de vele reclamespotjes en advertenties hun werk al hebben gedaan.[1]
     In Chicago zijn drie mannen gearresteerd op verdenking van terreurplannen voor de NAVO-top van de komende dagen. Ze zouden onder meer aanslagen hebben gepland op het campagnebureau van president Obama in Chicago en de ambtswoning van burgemeester Emanuel.[2]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Ingrid Hofstravolgde
    “Romney 'wint', iedereen is wakker” (04-10-2012), NOS
  2.   Weblink bron “Terreurarrestaties rond NAVO-top” (19-05-2012), NOS