cajamarcamierpitta

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  cajamarcamierpitta    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• ca·ja·mar·ca·mier·pit·ta

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  Cajamarca en  en  mierpitta zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	cajamarcamierpitta	cajamarcamierpitta's
verkleinwoord	cajamarcamierpittaatje	cajamarcamierpittaatjes

Zelfstandig naamwoord

de cajamarcamierpitta v / m

1. (zangvogels) Grallaria cajamarcae  een zangvogel uit de familie Grallariidae . De vogel werd in 1927 als aparte soort beschreven door Frank Michler Chapman, later ondersoort binnen het taxon muiscamierpitta (G. rufula), maar sinds 2021 weer als aparte soort op de IOC World Bird List

Hyperoniemen

• zangvogels, vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren

Gangbaarheid

• Het woord 'cajamarcamierpitta' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.