caelum o

  1. hemel (van op aarde zichtbare ruimte)
  2. hemel (woonplaats der goden)
  3. hemel (toppunt van roem of geluk)
  4. hemel (binnenzijde van een gewelf)
  5. (gereedschap) graveerstift, burijn
  1. (Oud-Latijn) caelus vandaar kerkelijk mv. caeli
  • caelum ac terras miscere
    • alles ondersteboven keren
  • caelum contigere
    • tot in de wolken reiken
  • de caelo servare
    • de hemelteken waarnemen
  • de caelo tangi/percuti
    • door de bliksem getroffen worden