bulkvaart
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bulk·vaart
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bulk zn en vaart zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bulkvaart | bulkvaarten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- vrachtscheepvaart voor onverpakte stortgoederen
- ▸ In de tankvaart is de komende jaren sprake van overcapaciteit en ook de bulkvaart stagneert. Bovendien is de financiële positie van vooral kleine binnenvaartondernemers niet rooskleurig, aldus het economisch bureau van de ING.[1]
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord bulkvaart staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Zwaar jaar voor binnenvaart” (Dinsdag 13 maart 2012, 12:20), NOS