Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bou·li·mia
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord boulimia
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de boulimiav

  1. (medisch) eetstoornis met vreetbuien en het uitbraken van eten
    • De actrice schrijft in haar boek onder meer over haar strijd tegen eetziekte boulimia en de pesterijen die ze onderging op de basisschool. [1] 
    • Van Furth betreurt wel dat de film voorbij gaat aan andere – en veel meer voorkomende – eetstoornissen. Boulimia (het uitspugen van eten, 22.000 patiënten) en de eetbuistoornis (90.000 patiënten )zijn minstens zo ernstig, aldus de Leidse hoogleraar. Wat volgens hem ook niet helemaal deugt is dat actrice Collins is gevraagd om voor de rol af te vallen, terwijl ze zelf een ex-anorexia-patiënte is. ,,Dat is een riskante onderneming.” [2] 
    • Al kort na de bruiloft bedroog Charles zijn vrouw met zijn jeugdliefde Camilla. Diana ging aan de eetstoornis boulimia lijden en stortte zich in affaires. In 1996 ging het paar definitief uit elkaar en op 31 augustus 1997 kwam Diana op 36-jarige leeftijd door een auto-ongeluk in Parijs om het leven. [3] 
Synoniemen
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

92 % van de Nederlanders;
65 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen