bosgeitantilopen
- (IPA in voorbereiding)
- bos·geit·an·ti·lo·pen
- samenstelling van bosgeit zn en antilopen zn
- bosgeitantilope zn met de uitgang -en
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bosgeitantilopen | |
verkleinwoord |
de bosgeitantilopen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord bosgeitantilope
- meervoudsvorm als officiële benaming (evenhoevigen) Nemorhaedini een tribus van gemsachtige hoefdieren uit de onderfamilie der bokken, die weer behoort tot de familie der holhoornigen. De tribus bestaat uit twee geslachten en tien soorten: vier gorals en zes bosgemzen. Gorals komen voor op rotsachtige hellingen in de hooggebergten van Azië
- bosgemzen, Chinese bosgems, Chinese goral, gorals, himalayabosgems, himalayagoral, Japanse bosgems, langstaartgoral, rode bosgems, rode goral, Sumatraanse bosgems, Taiwanese bosgems
- Het woord 'bosgeitantilopen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.