bosfluweelzweefvlieg

Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • bos·flu·weel·zweef·vlieg
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bosfluweelzweefvlieg bosfluweelzweefvliegen
verkleinwoord bosfluweelzweefvliegje bosfluweelzweefvliegjes

Zelfstandig naamwoord

de bosfluweelzweefvliegv / m

  1. (tweevleugeligen) Parhelophilus frutetorum   een vliegensoort uit de familie van de zweefvliegen (Syrphidae). De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1775 door Fabricius
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie