Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • borst·ziek·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord borstziekte borstziektes
borstziekten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de borstziektev

  1. (medisch) aandoening van de in de borstkas gelegen ingewanden zoals de longen, het hart en het borstvlies.
    • Tuberculose was vroeger een heel belangrijke borstziekte. 

Gangbaarheid