boetekleed
- Geluid: boetekleed (hulp, bestand)
- boe·te·kleed
- samenstelling van boete en kleed [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | boetekleed | boeteklederen boetekleren |
verkleinwoord | boetekleedje | boetekleedjes |
het boetekleed o
- (religie) gewaad waarin sommige boetelingen zich hullen
- Katholieken dragen het boetekleed om boete te doen voor eigen of andermans zonden. Zij vinden het een middel om uit vrije wil een beetje te delen in het lijden van Christus
- Het boetekleed aantrekken
De schuld voor iets op zich nemen
- Het woord boetekleed staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "boetekleed" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be