boekdrukker
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: boekdrukker (hulp, bestand)
Woordafbreking
- boek·druk·ker
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van boekdrukken met het achtervoegsel -er
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | boekdrukker | boekdrukkers |
verkleinwoord | boekdrukkertje | boekdrukkertjes |
Zelfstandig naamwoord
de boekdrukker m
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord boekdrukker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "boekdrukker" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be