• bloe·men·teelt
enkelvoud meervoud
naamwoord bloementeelt
verkleinwoord

de bloementeeltv / m

  1. (landbouw) het kweken van bloemen en bloembollen voor de verkoop
     Er doen zich bij de productie misstanden voor. De medewerkers, veelal vrouwen, worden slecht betaald en er wordt gif gespoten dat in Nederland verboden is. Ook wordt er veel water gebruikt, wat vaak al zeer schaars is in die landen. Door de bloementeelt blijft er te weinig land en water over voor de lokale bevolking om voedsel te verbouwen.[2]
     Duijvesteijn neemt nu al maatregelen, zodat de kostprijs fatsoenlijk blijft, zegt hij. Maar omdat in de bloementeelt schema's al maanden van tevoren zijn vastgelegd en hij ook contracten heeft gesloten om chrysanten te leveren, zijn de opties beperkt.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Sector erkent: veel mis met bloemen uit Afrika” (Dinsdag 2 juli 2019, 06:05), NOS
  3.   Weblink bron “Duurdere bloemen en tomaten, maar gasprijzen 'slechts remmende factor op economie'” (Maandag 11 oktober 2021, 17:18), NOS