Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bloed·plas
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bloedplas bloedplassen
verkleinwoord bloedplasje bloedplasjes

Zelfstandig naamwoord

de bloedplasm

  1. verzameling bloed (die meestal is ontstaan door een bloeding)
    • Ooit was zij zo overspannen dat ze achter haar bureau neerstortte, haar sleutelbeen brak en wakker werd in een bloedplas. In haar pleidooi voor rust ontdekte ik waarom mijn gastgezin zo langzaam thee dronk.[2] 
    • Terwijl er een flinke bloedplas ontstond en een collega flauwviel, werd de politie gebeld. Mahmoud: 'Door een miscommunicatie begreep de meldkamer van de politie dat een collega mij had neergestoken. De politie benaderde ons daarom redelijk agressief.'[3] 
    • Aan het eind van de ochtend lag het lijk er nog steeds. Naakt, met alleen een zwarte onderbroek aan, op een glanzend witte vloer met een rode bloedplas erom heen.[4] 
Vertalingen

Gangbaarheid

96 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[5]

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Het Parool ROOS SCHLIKKER 6 JANUARI 2018 Ik vraag me überhaupt af wat nuttig is
  3. Het Parool LIZA VAN LONKHUYZEN 10 APRIL 2015 Smeren van boterham eindigt in debacle
  4. de Standaard 20 MAART 2017 De Koran, cocaïne en een kapmes
  5.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be