bijnummer
- bij·num·mer
- samenstelling van bij en nummer zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bijnummer | bijnummers |
verkleinwoord | bijnummertje | bijnummertjes |
het bijnummer o
- een niet zo heel belangrijk onderdeel van een programma
- ▸ Vier jaar geleden in Sotsji was het langebaan eigenlijk een bijnummer voor Ter Mors. Ze werd olympisch kampioene, maar werkte al jaren tevergeefs aan olympisch shorttracksucces.[1]
- ▸ De Ligt is echter niet van plan om met het Nederlands elftal als bijnummer te gaan figureren op het feestje van 'Les Bleus'.[2]
- Het woord bijnummer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bijnummer" herkend door:
63 % | van de Nederlanders; |
72 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Weblink bron “Afscheid zonder medaille voor Jorien ter Mors” (17-02-2018), Tubantia
- ↑ Weblink bron “De Ligt zonder angst naar Parijs: 'Vanuit underdogrol iets moois laten zien'” (07-09-2018), Tubantia
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be