bewegingssnelheid

  • be·we·gings·snel·heid
enkelvoud meervoud
naamwoord bewegingssnelheid bewegingssnelheden
verkleinwoord

de bewegingssnelheidv

  1. (natuurkunde) het tempo waarin iemand van plaats verandert
     Algoritmes analyseren straks beelden van mensen of voertuigen, meten bewegingssnelheid en herkennen kentekens. De camera's leren zo het verschil tussen bijvoorbeeld een illegale vluchteling en een havenarbeider.[2]
     Algoritmes analyseren straks beelden van mensen of voertuigen, meten bewegingssnelheid en herkennen kentekens. De camera's leren zo het verschil tussen bijvoorbeeld een illegale vluchteling en een havenarbeider.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Slimme camera's sporen criminaliteit in havengebied Moerdijk op” (Donderdag 18 april 2019, 14:28), NOS
  3.   Weblink bron “Müller wil van de nul af” (Zondag 26 juni 2016, 17:07), NOS