beschermingsbewind
- be·scher·mings·be·wind
- samenstelling van bescherming zn en bewind zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | beschermingsbewind | beschermingsbewinden |
verkleinwoord | beschermingsbewindje | beschermingsbewindjes |
het beschermingsbewind o
- (juridisch) maatregel die een rechter kan uitspreken ten behoeve van een meerderjarige die naar objectieve maatstaven niet in staat is zijn belangen van vermogensrechtelijke aard zelf te behartigen
- Het woord 'beschermingsbewind' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.