belladonna
- Geluid: belladonna (hulp, bestand)
- IPA: / ˌbɛlaˈdɔna / (4 lettergrepen)
- bel·la·don·na
- Leenwoord uit het Italiaans, in de betekenis van ‘wolfskers’ voor het eerst aangetroffen in 1775 [1]
- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | belladonna | belladonna's |
verkleinwoord | - | - |
- Het woord belladonna staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "belladonna" herkend door:
82 % | van de Nederlanders; |
82 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "belladonna" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ belladonna op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be