begrotingsvoorstel

  • be·gro·tings·voor·stel
enkelvoud meervoud
naamwoord begrotingsvoorstel begrotingsvoorstellen
verkleinwoord

het begrotingsvoorstelo

  1. een ingediende begroting die nog niet is aangenomen
    • De Amerikaanse Senaat is zaterdag in alle vroegte met minimaal verschil akkoord gegaan met een begrotingsvoorstel dat de komende tien jaar een biljoen dollar extra aan belasting moet opleveren. Het voorstel van de Democraten kon op vijftig ja-stemmen rekenen, 49 senatoren stemden tegen. [1] 
    • De Amerikaanse president Donald Trump heeft aangekondigd het defensiebudget te willen verhogen met 54 miljard dollar (ruim 50 miljard euro), een historisch groot bedrag. "We moeten weer oorlogen gaan winnen", zo zei hij op een persconferentie. De verhoging betekent een groei van bijna 10 procent. Uit het begrotingsvoorstel blijkt dat hij dat bedrag bij andere departementen wil weghalen, zoals ontwikkelingshulp aan het buitenland en binnenlandse overheidsinstellingen. [2]