beekmos
- (IPA in voorbereiding)
- beek·mos
- samenstelling van beek zn en mos zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | beekmos | beekmossen |
verkleinwoord | beekmosje | beekmosjes |
het beekmos o
- (mossen) Leptodictyum riparium een bladmos behorend tot de familie Amblystegiaceae . Het mos heeft verschillende vormen en kan tot 30 cm groot worden. De eivormige bladeren, die in twee rijen staan, zijn vaak naar de top gericht. De meeste planten van beekmos zijn goed te herkennen aan bladstand en -vorm, maar soms lijkt de soort veel op Drepanocladus aduncus of Amblystegium varium, waarvan het microscopisch goed te onderscheiden is
- Het woord 'beekmos' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.