bedrijfseconoom
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·drijfs·eco·noom
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bedrijfseconoom | bedrijfseconomen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de bedrijfseconoom m
- (economie) (bedrijf) (beroep) een persoon die is afgestudeerd in de bedrijfseconomie
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord bedrijfseconoom staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.