bedrading

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  bedrading    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• be·dra·ding

Woordherkomst en -opbouw

• Afgeleid van draad met het voorvoegsel be- met het achtervoegsel -ing

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	bedrading	bedradingen
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de bedrading v

1. het bedraden
2. (elektrotechniek) geheel van (elektrische) leidingdraden

Vertalingen

    1.   

Engels: wiring (en)

Spaans: cableado (es) m, alambrado (es) m

Gangbaarheid

• Het woord bedrading staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bedrading" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
98 %	van de Vlamingen.