bebakenen
- be·ba·ke·nen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
bebakenen |
bebakende |
bebakend |
zwak -d | volledig |
bebakenen
- overgankelijk van bakens voorzien
- De vaargeul werd met lichtboeien bebakend.
1. van bakens voorzien
- Het woord bebakenen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bebakenen" herkend door:
52 % | van de Nederlanders; |
45 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be