• bar·quet·te
enkelvoud meervoud
naamwoord barquette barquettes
verkleinwoord

de barquettev / m

  1. (kookkunst) (voeding) bakje van bladerdeeg met vulling
35 % van de Nederlanders;
48 % van de Vlamingen.[2]


  • Afgeleid barque met het achtervoegsel -ette, aangetroffen sinds de 13e eeuw. [1]
  1.   Weblink bron barquette in: Dictionnaire de l’Académie française, 9e édition op dictionnaire-academie.fr