bandkeramiek
- Geluid: bandkeramiek (hulp, bestand)
- IPA: / ˈbɑntkeraˌmik / (4 lettergrepen)
- band·ke·ra·miek
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bandkeramiek | - |
verkleinwoord | - | - |
de bandkeramiek v
- (archeologie) rondom met ingekraste stroken versierd aardewerk dat kenmerkend is voor de mensen die rond 5.000 v.C. in Midden-Europa en de Lage Landen leefden
- ▸ (…) bij Geleen hebben wij veel bandkeramiek gevonden van ongeveer vijfduizend jaar voor Christus.[2]
- (archeologie) (metonymisch) neolithische cultuur tussen 5.600 en 4.400 in Midden-Europa en de Lage Landen
- ▸ In de cirkel werden onder andere potscherven uit de Rössen-cultuur gevonden: een tot de late bandkeramiek behorende cultuur uit de steentijd waarvan de ouderdom is bepaald op 4800-4300 voor Christus.[3]
- Het woord 'bandkeramiek' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Gerda Telgenhof“"Hobbyisten wegbereiders archeologen"” (24 september 1991) op nrc.nl
- ↑ Weblink bron George Beekman“Een ouder 'Stonehenge' in Duitsland?” (8 december 1994) op nrc.nl