Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ban·den·plak·set
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bandenplakset bandenplaksets
verkleinwoord bandenplaksetje bandenplaksetjes

Zelfstandig naamwoord

de bandenplaksetm

  1. (gereedschap) een doosje waarin zich alle benodigdheden bevinden voor het repareren van lekke binnenbanden van de fiets


Gangbaarheid

Meer informatie