bacteriostatisch
- bac·te·ri·o·sta·tisch
- In de betekenis van ‘de groei van de bacteriën remmend’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1961 [1]
- afgeleid van bacteriostaticum met het achtervoegsel -isch [2]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | bacteriostatisch | bacteriostatischer | |
verbogen | bacteriostatische | bacteriostatischere | |
partitief | bacteriostatisch | bacteriostatischers | - |
bacteriostatisch
- (medisch) bacteriegroei remmend
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord bacteriostatisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.