atletiekwedstrijd

  • at·le·tiek·wed·strijd
enkelvoud meervoud
naamwoord atletiekwedstrijd atletiekwedstrijden
verkleinwoord atletiekwedstrijdje atletiekwedstrijdjes

de atletiekwedstrijdm

  1. (sport) wedstrijd tussen atleten
     Paulina speelde zich in de kijker door zaterdag tijdens een internationale atletiekwedstrijd in het Tsjechische Jablonec de zestig meter in slechts 6,64 seconden af te leggen. Ondanks het feit dat Paulina's prestatie buiten de officiële kwalificatiewedstrijd is geleverd, voegde technisch directeur Ad Roskam hem toe aan zijn selectie.[2]
     De economische recessie raakt ook de sportwereld. Grote evenementen moeten het met minder geld doen en moeten creatief zijn om overeind te blijven. Zo ook de grootste atletiekwedstrijd van Nederland; de FBK Games. Voor de 30ste editie heeft de organisatie de nodige aanpassingen moeten doen om toch kwaliteit te houden.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Atleet Paulina toch naar WK indoor” (Maandag 7 maart 2016, 12:05), NOS
  3.   Weblink bron “Economische crisis treft FBK Games” (Dinsdag 8 mei 2012, 22:30), NOS