Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • as·ce·tis·me
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ascetisme -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het ascetismeo

  1. (filosofie) beoefening van de ascese
Vertalingen

Gangbaarheid

69 % van de Nederlanders;
77 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be