Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • an·ti·spij·bel·chip
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord antispijbelchip antispijbelchips
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de antispijbelchipm

  1. (onderwijs) (informatica) chip die ingenaaid kan worden in de kleding van leerlingen waardoor men ongeoorloofd verzuim kan registreren
Synoniemen

Gangbaarheid