alpentijloos
- (IPA in voorbereiding)
- al·pen·tij·loos
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | alpentijloos | alpentijlozen |
verkleinwoord |
- (bloemplanten) Colchicum alpinum een plant uit de herfsttijloosfamilie. De plant groeit op weilanden met zure grond, op hoogten tussen de 600-1800 (-2000) meter. In Zwitserland komt ze voor in Wallis en Ticino. Vanuit Zwitserland loopt haar verspreidingsgebied zuidwaarts tot de Zee-alpen en de Apennijnen, Corsica en mogelijk Sardinië. De plant vindt men vrij overvloedig in de Valle d'Aosta. Zoals alle tijlozen is de plant zeer giftig
- Het woord 'alpentijloos' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] alpentijloos op Wikidata