alom
- al·om
- samenstelling van al en om
alom
- overal, onder velen, op vele plekken
- Barack Obama is ondertussen alom bekend.
- ▸ Dit verlies moeten we met z’n tweeën verwerken. ’ Knikkende hoofden en strakke gezichten alom. Haar geest schroefde het tempo op.[1]
1. overal, onder velen
- Het woord alom staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "alom" herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ “All-inclusive” (2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht , ISBN 90-229-9182-2
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be