afscheider
- Geluid: afscheider (hulp, bestand)
- af·schei·der
- afgeleid van afscheiden met het achtervoegsel -er
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | afscheider | afscheiders |
verkleinwoord | afscheidertje | afscheidertjes |
de afscheider m
- apparaat dat ervoor zorgt dat iets van iets anders afgescheiden wordt sterk lijkend op een scheider
- condensiewaterafscheider, gasafscheider, melkafscheider, olieafscheider, roetafscheider, stofafscheider, stoomafscheider, waterafscheider
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord afscheider staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.