afbramen
- af·bra·men
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
afbramen |
braamde af |
afgebraamd |
zwak -d | volledig |
- samenstelling van af en bramen
afbramen [1]
- (techniek), overgankelijk ontdoen van bramen (scherpe randen)
- Het woord 'afbramen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "afbramen" herkend door:
66 % | van de Nederlanders; |
59 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be