accountantsbureau
- ac·coun·tants·bu·reau
- samenstelling van accountant zn en bureau zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | accountantsbureau | accountantsbureaus |
verkleinwoord | accountantsbureautje | accountantsbureautjes |
het accountantsbureau o
- (economie) onderneming die de financiële boekhouding van andere ondernemingen controleert
- ▸ Twee leden van de Zeeuwse PVV hebben fraude gepleegd, concludeert accountantsbureau KPMG na onderzoek. De omvang van de fraude is niet meer te achterhalen, met uitzondering van een onterecht gedeclareerde factuur van 816,75 euro, maar lijkt "in omvang beperkt".[1]
- ▸ PwC wil permanent 25 tot 50 procent minder vliegen dan voor corona. Daarom probeert het bedrijf voor medewerkers zo inzichtelijk mogelijk te maken wat de impact is van hun reisgedrag. De Lange: "Wij geloven dat hen dat helpt om bewuster en slimmer te reizen." Het accountantsbureau ontwikkelde een app die bijhoudt wat de CO2-uitstoot van medewerkers is.[2]
- Het woord accountantsbureau staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron “KPMG: beperkte fraude bij PVV Zeeland, klokkenluider zelf betrokken” (18-07-2019), NOS
- ↑ Weblink bron Daniël Heeringa“Bedrijven blijven minder vliegen, maar KLM gaat uit van 'duurzaam herstel'” (DI 25 JANUARI 2022), NOS