aanvaardingsplichtig
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- aan·vaar·dings·plich·tig
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van aanvaarding zn en plicht zn met het invoegsel -s- met het achtervoegsel -ig
Bijvoeglijk naamwoord
aanvaardingsplichtig
- verplicht zijn om iemand aan te nemen voor een bepaalde betrekking
Gangbaarheid
- Het woord aanvaardingsplichtig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.