• aan·stam·pen
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aanstampen
stampte aan
aangestampt
zwak -t volledig

aanstampen

  1. overgankelijk iets dicht op elkaar drukken door erop te stampen
    • Zandgrond aanstampen, buskruit aanstampen, de vloer aanstampen.