Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • aan·koop·waar·de
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aankoopwaarde aankoopwaarden
aankoopwaardes
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de aankoopwaardev

  1. de hoeveelheid geld die men voor een bepaald product heeft moeten betalen bij de aankoop
     Bovendien mogen klanten hun bestelling niet kosteloos annuleren. Bij Hyundai moet je dan bijvoorbeeld alsnog 15 procent van de aankoopwaarde betalen.[1]
     Aanleiding voor het besluit is kritiek van klanten op sociale media. Die klaagden dat ze tot 30 procent van de aankoopwaarde van hun keuken moesten betalen, ook als die nog niet in productie was genomen.[2]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Elektrische rijders proberen te ontkomen aan hogere bijtelling” (09-07-2019), NOS
  2.   Weblink bron “Vloggers krijgen hun zin: Mandemakers past annuleringsregeling aan” (01-02-2017), NOS