aanknippen
- Geluid: aanknippen (hulp, bestand)
- IPA: / ˈaŋknɪpə(n) / (3 lettergrepen)
- aan·knip·pen
- [1] samenstelling van aan vz en knippen ww
- [2] samenstelling van aan bw en knippen ww ; knip duidt in het algemeen op voorwerpen met twee standen waartussen alleen met enige kracht kan worden gewisseld[1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
aanknippen |
knipte aan |
aangeknipt |
zwak -t | volledig |
aanknippen
- overgankelijk bij het knippen laten ontstaan als vorm die aan een groter geheel verbonden blijft [2]
- Als je zelf een patroon getekend hebt, moet je altijd naadtoeslag aanknippen. [3]
- overgankelijk met tuimelschakelaar in werking stellen, aansteken (vooral gezegd van lampen)
- Ik hoor iemand het licht aanknippen. [4]
- Het woord aanknippen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ aanknippen op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Grooten, E.Naadtoeslag (17 april 2012) op website Coupeuse.nl; geraadpleegd 2015-07-15
- ↑ Vanderlinden, K."Jean Huysmans" in: De Brakke Hond. jrg 7 nr 27 (september 1990) Lieve De Boeck, Antwerpen; p. 68; geraadpleegd 2015-07-15